Een uitstap die je zéker niet mag missen ! We maken de combinatie tussen het oude vestingstadje Hulst en de indrukwekkende natuurlijke schoonheid van het natuurgebied Groot Saeftinghe.  Eerste halte op onze uitstap wordt de Omloop Vestingstad Hulst, een organisatie van de Nederlandse club WSV Zelden Rust.  Omdat de club meer wandelaars aantrekt vanuit Vlaanderen dan vanuit hun eigen provincie Zeeland, sloot de club aan bij Wandelsport Vlaanderen.  Met meer dan 300 leden is het een stevige wandelvereniging.

Hulst is een van de best bewaarde vestingsteden van Nederland en ligt in Zeeuws-Vlaanderen, provincie Zeeland.  Hulst grenst aan België en profileert zich als de meest Vlaamse stad van Nederland.  De stad heeft een rijke geschiedenis.  Als je door de straten loopt, is dit op de dag van vandaag nog steeds terug te zien door de 68 rijksmonumenten, waaronder de stadswallen, het statige stadhuis en de St. Willibrordusbasiliek. Hulst wordt genoemd in de bekende middeleeuwse epos “Van den vos Reynaerde”, dit is op vele plaatsen terug te vinden in het stadje zelf.  De geschiedenis van Hulst wordt in de stad verteld door Pagadders, dit zijn kleine beeldjes verspreid door de stad.  Deze Spaanse soldaatjes waren te klein om te vechten, ze werden ingezet om geld te innen zodat de soldaten hun loon kregen. De beeldjes zijn ingezet om de jeugd spelenderwijs kennis te laten maken met de geschiedenis van Hulst.

Hulst heeft nog vier bestaande stadspoorten: de Dubbele poort aan de noordkant, de Bagijnepoort aan de oostkant, de Gentsepoort aan de zuidelijke kant van de vestingen en de Bolwerckpoorte.  Deze laatste is de bijzonderste van de vier.  Eind 16de eeuw werd de poort zwaar beschadigd door een beleg van de stad, de resten ervan werden onder nieuwe wallen bedolven.  Halverwege de 20ste eeuw werden de resten blootgelegd en gerestaureerd.  Tegenwoordig kun je wandelen over een 3,5 km lange stadswal en gracht rondom de stad.  Tijdens onze wandeling wandelen we door het historische stadscentrum en over de vestingwallen.  Wie kiest voor de wat langere afstanden gaat over de Liniedijk, langs Fort Moerschans en door de bossen rond Hulst en Clinge.

Spreekt Hulst al erg aan, dan zeker ook de trip die we in de namiddag zullen maken ! We calculeren voldoende tijd in om zéker de 14 km kunnen te wandelen in Hulst.  Iets na de middag rijden we dan met onze Multiobus naar Prosperdorp, op amper 15 km van Hulst.  We rijden tot bij de kerk van Prosperdorp, bij Café Den Angeluus.  Den Angeluus is één van de oudste dorpskroegen uit de streek ! Sommigen onder ons zijn er wel eens geweest.  Zij namen dan wellicht deel aan de WAW-tocht die we in augustus 2012 (zo lang is het al geleden) maakten in en rond de Hedwigepolder.

Vooraleer we wat verder ingaan op het traject dat we zullen bewandelen, graven we even in de geschiedenis van dit unieke stukje grensgebied, ten noorden van de Antwerpse haven.  Het al of niet ontpolderen van de Hertogin Hedwigepolder was geruime tijd een heet hangijzer tussen België en Nederland.  Het gebied zou weer onder water gezet moeten worden bij wijze van natuurcompensatie voor het verdiepen van de Westerschelde, nodig voor een beter bereik – lees : grotere containerschepen – van de Antwerpse haven. De Hedwigepolder werd pas in 1904 veroverd op de zee, en geen Zeeuw die er aan dacht om haar weer op te geven. 

De Hertogin Hedwigepolder maakt deel uit van het Verdronken Land van Saeftinghe, een gebied dat al in de 13de eeuw werd ingepolderd.  Saeftinghe was vruchtbaar en er werden vier dorpen gebouwd : Saeftinghe, Namen, Sint-Laureins en Casuwele.  Zoals de naam al aangeeft bleef de zee een voortdurende bedreiging voor het gebied.  In 1570 werd bijna het hele gebied opgeslokt door het water van de Allerheiligenvloed.  In 1584 werden vanwege de tachtigjarige Oorlog de dijken doorgestoken en “verdronk” het laatste stukje van het land van Saeftinghe.  Vanaf de 17de eeuw werd weer begonnen met inpolderen.

In 1904 was de Hedwigepolder de laatste polder die in dat gebied werd drooggelegd.  Bij de drooglegging werd het laatste dijkgat gedicht op 21 juli 1904.  Het jaar daarop werd de grond al geploegd en werden 100 werklieden tewerkgesteld voor het graven van sloten en het kasseien van wegen.  De grond was zo zwaar dat sommige gedeelten met een stoomlier moesten worden beploegd.  In 1907 was de inpoldering geheel voltooid.  De polder werd vernoemd naar Hedwige de Ligne, hertogin van Arenberg, die leefde van 1877 tot 1938.  Zij was de vrouw van hertog Engelbert Marie IX van Arenberg (1872-1949).

Na een jarenlang getouwtrek wordt uiteindelijk in 2012 besloten om de Hedwigepolder weer te gaan ontpolderen.  De Westerschelde zou het gebied, net als vroeger, dan weer gaan innemen.  Tot woede van de boeren die hier decennialang de vruchtbare gronden mochten bewerken en tot grote vreugde van de natuurliefhebbers.  En zo ontstaat dan Grenspark Groot Saeftinghe.  Op de grens van België en Nederland, land en water, zand en klei, zoet en zout, ligt nu Grenspark Groot Saeftinghe. Het Verdronken Land van Saeftinghe en het Hedwige-Prosperproject zijn het groene hart.  De omliggende polders, de agrarische bedrijvigheid en de overgang naar het havengebied maken het grenspark compleet en trekken de fluïde grens van Grenspark Groot Saeftinghe. 

Vanuit Prosperdorp wandelen we, in groep, naar de hoge dijk, waarachter de Westerschelde in toom wordt gehouden.  Bovendijks krijgen we zicht op één immense watervlakte.  Tot twee jaar geleden stonden hier nog hoge canada’s, gelijnd langs een kasseibaantje, eertijds aangelegd tussen de rijke akkergronden.  Onder die waterspiegel lag inderdaad de Hedwigepolder.  Nu wandelen we over een metershoge dijk, met zicht op de grijparmen van de torenkranen langs de kade van de Antwerpse havendokken.  Eveneens prominent aanwezig zijn de twee koeltorens van de kerncentrale van Doel.  Met een hoogte van 170 m behoren zij tot de hoogste bouwwerken van ons land.  De dijken worden begraasd door schapen, schapen die we dus zeker zullen tegenkomen, of toch zeker de sporen die zij achterlieten.  Rondom kijken we uit over één gigantisch gebied van water en pure natuur.  Indrukwekkend mooi !

We maken de bocht en komen in Ouden Doel en het piepkleine Rapenburg.  In 2013 werd beslist dat de Antwerpse haven mocht uitbreiden met ongeveer 1 000 ha. Dat plan maakte de ontwikkeling van een nieuw Saeftinghedok op de Linkerscheldeoever mogelijk. De twee gehuchten Ouden Doel en Rapenburg zouden hierdoor moeten verdwijnen. Ze zouden in een overstromingsgebied komen te liggen.  In beide “woonkorrels” samen stonden nog 18 woningen.  Voor de bewoners was er een sociaal begeleidingsplan dat hen moest helpen elders een nieuwe woonst te vinden.  Door die geplande havenuitbreiding was ook de bewoning in Doel-centrum, zoals eerder beslist, niet langer mogelijk.  Doel evolueerde in geen tijd tot een spookdorp.  Maar ook hier, in Ouden Doel en Rapenburg, vinden we oude huisjes die hand over hand weer worden ingenomen door de natuur. 

In 2022 echter wordt een definitief akkoord gesloten over de verdere uitbreiding van de haven. En in dit akkoord staat … dat het polderdorp Doel behouden blijft ! Het Vlaams Gewest engageert zich om een plan van aanpak op te stellen voor de verschillende leegstaande en verwaarloosde gebouwen. Er is een lijst van alle woningen en wat ermee gaat gebeuren. En ook de woonkernen buiten Doel, met name Ouden Doel, Rapenburg, Saftingen en Oud Arenberg blijven behouden.  Maar goed, onderwijl staat zowel in Doel, als hier in Ouden Doel en Rapenburg zowat alles leeg.  Slechts enkele huizen zijn weer bewoond.  Bizar zicht en blijvende getuigen van de bizarre bochten die onze Belgische politiek soms maakt …

We komen ook nog door natuurgebied Doelpolder Noord, vlakbij de kerncentrale.  Het is een echte trekpleister voor vogels : hier troepen soms duizenden watervogels samen. Het gaat voornamelijk om steltlopers, eenden, ganzen en meeuwen.  Je kan de vogels ongezien spotten door de gleuf van de twee vogelkijkwanden.  En zo eindigen we, na een ontzettend mooie natuurexcursie van 10 km bij de Sint Engelbertuskerk van Prosperdorp.  In Den Angeluus sluiten we af met een verdiende pint (Blauwe Chimay van ’t vat !), alvorens we in Hulst onze overige wandelaars weer gaan oppikken.

Tijdig inschrijven is ook nu weer de boodschap en vergeet je verrekijker en fototoestel niet !

TERUG